Overslaan naar inhoud

Waarom Nederland Dode Bedrijven in Leven Houdt (En Doet Alsof Dat Herstel Is)

Het faillissementspercentage daalt, maar het verval is slechts beter vermomd, omdat instorten op papier meer kost dan langzaam sterven via de loonlijst.
15 juli 2025 in
Waarom Nederland Dode Bedrijven in Leven Houdt (En Doet Alsof Dat Herstel Is)
Paolo Maria Pavan
| Nog geen reacties

Het Oppervlakteverhaal: Cijfers die Geruststellen

Juni 2025: 313 bedrijven werden failliet verklaard in Nederland. Dat is een daling van 18% ten opzichte van dezelfde maand een jaar eerder. Het faillissementspercentage ligt op 8,5 per 100.000 bedrijven, een keurige afname vergeleken met 10,6 in juni 2024.

Op het eerste gezicht lijkt dit op een bedarende storm, misschien zelfs op herstel. De horecasector, al jaren de kanarie in de kolenmijn, noteert 23,5 faillissementen per 100.000, tegenover 39,7 een jaar eerder.

Maar minder lawaai is nog geen betere muziek.

Het Discrete Geroezemoes: Waar is de Bezettingsdata?

Dit is de paradox die we zelden hardop benoemen: als er minder bedrijven failliet gaan… waar blijven dan de betalingen? Waar zijn de leveranciers die nooit betaald zijn? De verhuurders wiens facturen onbeantwoord bleven?

Als er 313 faillissementen zijn uitgesproken, hoeveel zijn er dan niet uitgesproken… maar hadden dat wél moeten worden?

De data zwijgt. Zoals altijd. Want faillissement is een verklaring, maar insolventie is vaak een voorstelling.

En in die voorstelling zijn veel bedrijven veranderd in wat ik noem: “dode bedrijven die nog lopen”. Ze betalen nog (nauwelijks) lonen, houden (uitgestelde) kantoorruimte aan, leveren nog iets (tegen verlieslatende marges), maar zijn structureel niet in staat hun verplichtingen na te komen. Ze storten niet in. Ze rotten langzaam weg.

De Stille Overeenkomst: Loonstrook als Sociaal Stabilisator?

Misschien moeten we er anders naar kijken.

Wat als deze daling in faillissementen geen teken van herstel is, maar een strategisch beheersingsmechanisme?

Denk mee: een bedrijf, al is het op het randje, in leven houden betekent:

  •  Dat er nog (deels) lonen worden betaald,
  •  Dat de werkloosheidscijfers vlak blijven,
  •  Dat overheidssteun beperkt kan blijven,
  •  Dat paniek zich niet verspreidt.

In een post-COVID economie, nog steeds duizelig van stimuleringsmaatregelen, zijn deze bijna-dode bedrijven als hangbruggen tussen economische tijdperken. Wankel, overbelast, maar functioneel.

En zo komen we bij een moreel dilemma: misschien worden deze bedrijven niet “gered”, maar getolereerd. Omdat hun ondergang kettingreacties zou veroorzaken, in huisvesting, in sociale zekerheid, in vertrouwen op werk.

De Ontbrekende Kettingreactie: Waar Zijn de Nevenslachtoffers?

Elk faillissement zou sporen moeten nalaten:

  • Een leverancier die niet betaald is,
  • Een klant die in de steek is gelaten,
  • Een medewerker die is herplaatst (of afgedankt),
  • Een schuldeiser zonder zekerheid.

En toch: we zien geen data over deze neveneffecten. Dat is als vallende bomen tellen, maar weigeren de aardverschuiving te meten.

Hier hoort governance in te grijpen, niet om te straffen, maar om blootstelling in kaart te brengen. We hebben zicht nodig op:

  • Welke onbetaalde leveranciers besmettingsrisico lopen,
  • Welke sectoren sterk onderling afhankelijk zijn,
  • Hoeveel bedrijven draaien op “hoop-liquiditeit” in plaats van op reserves.

De insolvente klant van vandaag is de insolvente zakenpartner van morgen. Het is een ketting. En elke zwakke schakel is een waarschuwing, als we willen kijken.

De Laatste Noot: Helderheid is Geen Cynisme

Laten we helder zijn: een lager faillissementscijfer is geen slecht nieuws. Maar het zonder context als goed nieuws beschouwen, is een governance-fout.

Wat ik geloof:

  • Sommige bedrijven móéten failliet gaan, want falen uitstellen verspreidt enkel de kwetsbaarheid.
  • Andere bedrijven moeten gered worden, omdat hun ondergang niet individueel maar systeemrelevant is.
  • En álle bedrijven moeten in kaart gebracht worden, want risico draait niet alleen om dood, maar ook om verval.

Als we werkelijk geloven in ondernemend verdienvermogen, in marktgelijkheid en in veerkracht, dan mogen we ons niet laten misleiden door koppen met geruststellende cijfers.

We moeten onszelf afvragen:

“Hoeveel van deze bedrijven leven… en hoeveel zijn alleen nog niet begraven?”

Pas dan kunnen we beleid schrijven. Geen grafredes. Ask ChatGPT

AUTHOR : Paolo Maria Pavan

Co-Creator of Xtroverso | Head of Global GRC @ Zentriq

Paolo Maria Pavan is de structurele geest achter Xtroverso, waarbij hij compliance-kennis mengt met ondernemerschap. Hij observeert markten niet als een handelaar, maar als een lezer van patronen, die gedragingen, risico's en vervormingen volgt om ethische transformatie te begeleiden. Zijn werk daagt conventies uit en herdefinieert governance als een kracht voor helderheid, vertrouwen en evolutie.

Paolo Maria Pavan | Head of GRC at Zentriq

Deel deze post
Aanmelden om een reactie achter te laten