Vorige week, terwijl ik in de rij stond bij een kleine koffiebar in Amersfoort, zag ik een barista hetzelfde kopje drie keer omspoelen voordat hij het vulde met vers water. Achter hem stonden dozen met plastic wegwerprietjes onaangeroerd opgestapeld. De ironie was pijnlijk duidelijk: fixatie op een paar druppels water, terwijl kilo’s afval genegeerd werden. Het trof me dat veel dienstverlenende bedrijven zich precies zo gedragen. Ze poetsen aan een detail, terwijl de grotere impact onaangeroerd blijft.
HET WAAROM
Als je een dienstverlenend bedrijf runt in Nederland – of dat nu een accountantskantoor, een designstudio of een wervingsbureau is, denk je misschien dat milieuzorg hoort bij fabrieken en logistieke centra. Niet bij jou. Maar klanten, toezichthouders en zelfs je eigen medewerkers vragen steeds vaker bewijs dat je je niet verschuilt achter het excuus van “immaterieel” te zijn. Governance gaat niet langer over wát je produceert, maar over hóe je opereert. Ook de dienstensector laat sporen achter: digitaal, fysiek en cultureel.
DE CIJFERS
Overweeg dit eens:
- Een enkele werkplek op kantoor verbruikt gemiddeld 140 kWh per maand, en de meeste Nederlandse MKB-dienstverleners hebben meer apparaten dan medewerkers.
- Het printen van 10.000 pagina’s per jaar (niet ongewoon in administratie-intensieve bedrijven) staat gelijk aan meer dan 1.000 liter waterverbruik in papierproductie.
- Nederlandse MKB’s zijn samen goed voor 63% van het nationale energieverbruik in de dienstensector, volgens cijfers van het CBS.
Verspilling en inefficiëntie zitten verstopt in dagelijkse routines: beeldschermen die ’s nachts blijven aanstaan, zinloze zakenreizen, of “cloud waste” door ongebruikt digitale opslag. Elk van deze punten slurpt zowel middelen als winst weg.
WAT NIEMAND JE VERTELT
Hier is de ongemakkelijke waarheid: de meeste dienstverleners gebruiken “wij vervuilen niet zoals fabrieken” als een psychologisch schild. Het is een mythe. De echte vervuiling van dienstverleners is cultureel: een onverschilligheid tegenover kleine gewoontes die, vermenigvuldigd met duizenden kantoren, nationaal gewicht krijgen. Ethiek gaat niet alleen over LED-lampen installeren of plastic flesjes verbannen. Het gaat over leiders die een toon zetten waarin verantwoording de norm wordt, niet de uitzondering. Medewerkers spiegelen wat jij negeert.
BESLUITENKOMPAS
Vraag jezelf vandaag af:
- Kennen wij de echte energievoetafdruk van ons kantoor en onze digitale systemen?
- Hoeveel van onze “standaard” gewoontes (printen, woon-werkverkeer, cloudopslag) zouden we kunnen herontwerpen zonder productiviteit te schaden?
- Zijn wij transparant naar klanten over onze eigen milieukeuzes, of zwijgen we uit gemak?
- Behandelen we duurzaamheid als een project of als onderdeel van governance, net als financiën en compliance, die regelmatig wordt beoordeeld, gecontroleerd en verbeterd?
- Zouden we trots zijn als onze kinderen zagen hoe wij dit bedrijf dagelijks runnen?
EINDREFLECTIE
Milieuzorg voor dienstverlenende bedrijven gaat uiteindelijk niet om grootsheid of marketing. Het gaat om de stille discipline om daden en waarden op één lijn te brengen. Een bedrijf dat zijn impact negeert, lijkt op iemand die de kraan laat lopen omdat “iemand anders de rekening betaalt.” De waarheid is: iemand betaalt altijd. Zakelijke ethiek wordt niet gemeten aan de afwezigheid van schade, maar aan de aanwezigheid van zorg.
Co-Creator of Xtroverso | Head of Global GRC @ ZENTRIQ™
Paolo Maria Pavan bouwt systemen die regels in balans brengen met vrijheid, helderheid met transformatie. In zijn derde leven schrijft en spreekt hij openlijk over markten, governance en risico, niet als een handelaar die naar prijs jaagt, maar als een lezer van patronen, gedragingen en vervormingen. Een seriële ondernemer gevormd door falen en heruitvinding, ziet hij governance als een levende kracht voor vertrouwen en vooruitgang, en weigert hij de moeilijke gesprekken te vermijden die het echt maken.